De zeven uitspraken van Jezus aan het kruis zijn een krachtig en betekenisvol aspect van de theologie en traditie van het christendom. Het zijn de laatste woorden die Jezus uitsprak voor zijn dood aan het kruis en ze bieden inzicht in zijn goddelijkheid, menselijkheid en ultieme offer.
Elk woord heeft een diepe betekenis en dient als herinnering aan de ongelooflijke liefde en genade die Jezus aan de mensheid heeft getoond gedurende zijn leven en dood. Deze woorden zijn eeuwenlang bestudeerd en overwogen door christenen en blijven gelovigen over de hele wereld inspireren en troosten tot op de dag van vandaag.
‘Vader,’ zei Jezus, ‘vergeef het deze mensen. Zij weten niet wat ze doen.’ De soldaten verdeelden zijn kleren onder elkaar door erom te loten.
Lucas 23:34
Jezus antwoordde: ‘Vandaag zult u met Mij in het paradijs zijn. Daar kunt u zeker van zijn.’
Lucas 23:43
Jezus zag zijn moeder staan bij de leerling die zijn beste vriend was. ‘Kijk, hij is uw zoon,’ zei Hij tegen haar. En tegen de leerling zei Hij: ‘Zij is uw moeder.’ Van toen af aan nam die leerling haar bij zich in huis.
Johannes 19:26-27
Om ongeveer drie uur riep Jezus: ‘Eli, Eli, lama sabachtani?’ Dat betekent: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?’
Mattheüs 27:46
Jezus wist dat alles wat gedaan moest worden, nu gedaan was en zei, zoals er geschreven staat: ‘Ik heb dorst.’
Johannes 19:28
Toen Jezus wat van de wijn gedronken had, zei Hij: ‘Mijn taak is vervuld!’ Hij boog zijn hoofd en gaf de geest.
Johannes 19:30
Op dat moment riep Jezus: ‘Vader, in uw handen leg ik mijn geest!’ En met die woorden blies Hij zijn laatste adem uit.
Lucas 23:46